Maar, mijnheer Macharis, overal groen. Groen, groen, groen en groen. Lichtgroen, donkergroen, donkerdonkergroen, grasgroen. Felgroen, ook, of luchtig. En dat niet alleen; ook hoog groen, laag groen, kort groen, lang. Groot en klein groen. Ver groen. Dichtbij. Overal, zo ver we kunnen zien. Groen, groen en groen. Zelfs diep groen en diepgroen. Hoger groen. Traag groen en snel groen. Onbereikbaar. Uniek groen. Smal groen, breed groen. Ja dus, want groen, groen, groen, groen en groen. Zelfs de container.