Mijn rechterarm en mijn linkerbeen, net boven de knie.
Ja.
Nee.
Nee. Nu is het wel genoeg geweest.
Blauw.
Nooit.
Ja, dat wel.
Dat weet ik niet.
Niets. Hoofdkleur groen.
Jaha, het viel op.
Nee. Het is echt genoeg geweest.
Katrien vraagt of ik haar alleen wil laten. Ja, natuurlijk, zeg ik, en dat ik helemaal niet van plan was om lang te blijven. We omhelzen elkaar. Ik huil. Ze zegt dat ik niet moet huilen. Dat het haar zal lukken en dat de pijn meevalt. Dat ze bezig is aan een tekening en dat ze het nog kan. Ik knik en ga met dichtgeknepen keel naar buiten.