ZE KAN NOG TEKENEN, ZEGT KATRIEN

Soulages
Pierre Soulages (herh)

Mijn rechterarm en mijn linkerbeen, net boven de knie.

Ja.

Nee.

Nee. Nu is het wel genoeg geweest.

Blauw.

Nooit.

Ja, dat wel.

Dat weet ik niet.

Niets. Hoofdkleur groen.

Jaha, het viel op.

Nee. Het is echt genoeg geweest.

 

Katrien vraagt of ik haar alleen wil laten. Ja, natuurlijk, zeg ik, en dat ik helemaal niet van plan was om lang te blijven. We omhelzen elkaar. Ik huil. Ze zegt dat ik niet moet huilen. Dat het haar zal lukken en dat de pijn meevalt. Dat ze bezig is aan een tekening en dat ze het nog kan. Ik knik en ga met dichtgeknepen keel naar buiten.

KATRIEN

saul leiter jane pearson
Saul Leiter: Jane Pearson, c. 1948.

 

Katrien vertelde dat er iets als een breuklijn door haar leven gelopen was. Meer zei ze niet. Ik bekeek haar, zag haar slikken en blijvend door het raam kijken. Ze slikte nog eens.
Ik wachtte. Zou ze niet meer vertellen? Maar ze zweeg en liet haar blik vast op de tuin rusten.
Het begon te regenen en Katrien knipperde met de ogen, maar wendde het hoofd niet af of zei ook niet ‘Het regent.’
Ze slikte weer.
Ze rilde.
Ze bleef naar buiten kijken.
Ze sloot de ogen en veegde met haar handen over haar ogen, over haar wangen.
Ze keek terug naar buiten.