En.
Kijk: het blad. Van groen naar bruin en goud en rood.
Focus.
Herfst, winter, lente met het opnieuw ontluikende blad, zomer, herfst, en zo voort en zo voort
Goud, wit, groen, blauw, telkens gelardeerd met wat rood, bruin en nacht, groen en Pasen, blauw en het eeuwige groener dan groene gras.
(Natuurlijk, bij bijzonder droge zomers moeten we de kleur van het gras anders inkleuren)
(Natuurlijk, in het hoge noorden en natuurlijk, in de woestijnen)
Focus.
Op steenkool en diamant, op de kleinste uitstekende tip van een rots, op een zandkorrel, op de uiterste top van de wilg, op de uiterste tip van het blad van de aloë vera.
Pick one! Choose One!
Men neme de bovenste top van de wilg. Men neme het uiteinde van die tak. Of kies: de allerkleinste oase, of een duizendste deel van een poot van een mier.
En waar is de macht? Zij ligt in dat diepste. Zij ligt in het donker. Af en toe is er een nieuwsoortige, lichtgevende vis die aan haar voorbij zwemt.
‘Huh!’ zegt de vis.’ De macht is gezonken, zie haar hier liggen, zij kan niet meer, zij is niet meer, zij ligt hier, in haar eigen eenzaamheid, zij kan niet bestaan in haar eentje, huh, bye, macht!’ En de vis dooft zijn bijzondere licht tot hij honderden meters bij haar vandaan is, zodat zij in donkerder dan donker water moet wegkwijnen, herleid wordt tot helemaal niks.)
Dus.
We recapituleren.
Focus.
De top van de hoogste tak van de grootste wilg.
De uiterste tip van de bovenste groene veer van de hoogstzittende papegaai van Iguassu.
Of.
Vraag aan de sherpa (ander werelddeel, ja natuurlijk) de weg naar de hoogste top.
Bedank de sherpa.
Adem, drie, vier, adem, drie vier, adem.