“We hadden zo’n afdak, de regen kon daar een enorm lawaai op maken, dikke druppels als dikke trommels, je kon niet meer horen wat de andere zei.
Ik heb daar vaak gestaan, onder dat afdak.
Nee, het was geen veranda, daar hadden we geen geld voor. Ik nagelde wat balken aaneen, legde er zo’n laag geribbeld plastiek op en de regen veranderde voor altijd in dat overheersende geroffel.”
Mooi, en van toepassing.
dank je, Paul. De tekstjes zijn zelden recent maar deze is inderdaad van toepassing.