Zijn naam is Jef, maar iedereen noemt hem Jefke, ‘Jefke de melkboer’, maar hij is al twintig jaar geen melkboer meer, het bracht niks op, zei hij, en zijn vrouw had hem laten zitten – ze was toen met de hele huisraad in een grote camion verdwenen en hij had haar nooit meer gezien of gehoord tot ze onlangs plots, via een brief van een advocaat, de helft van het huis opeiste en arme Jef had zijn klein beetje spaarcenten moeten aanspreken en bovendien had hij, op zijn leeftijd, nog een lening moeten aangaan en had hij het huis in pand moeten geven, ze stoorde hem, die lening, hij was de laatste jaren zonder zorgen geweest en nu werd hij iedere maand geconfronteerd met een afbetaling – en na een jaar van woede en verdriet indertijd, had hij zich bij haar verdwijning neergelegd en zat hij de hele dag rustig te zitten en naar televisie te kijken, of hield hij de auto’s en de voorbijgangers in het oog, meestal vanaf zijn stoel aan het raam maar zodra het mooi weer werd stond hij buiten, op het voetpad, en kreeg hij het gezelschap van een of twee andere buren, ook nu nog, na al die jaren en soms haalden ze er stoelen bij en ze stonden of zaten en keuvelden dan urenlang over de ditjes en de datjes, vandaag ging het eerst over zijn afbetaling want die was net van de rekening gegaan, en daarna over de nieuwe buur in huisnummer 101, die had terwijl zij daar zaten vier of vijf dozen naar binnen gedragen maar hij had niks gezegd, hij had alleen maar vriendelijk geknikt, wie was hij, wanneer zou hij komen kennismaken?
dd. 14/6/2013