‘Maar dat kan ik je onmogelijk verklaren. Zie je, jullie passen voortreffelijk bij elkaar. Ik heb al eerder aan jou gedacht. Je eindigt toch daarmee. Is het je nu niet totaal onverschillig of dit eerder dan wel later gebeurt? Kerel, hier heb je zo iets als een peluw-beginsel, maar niet alleen dat van de peluw: Je wordt hier naar toe getrokken; hier is het eind van de wereld, hier gooi je je anker uit, hier is een kalme haven, de navel van de aarde, de drievissige basis van de wereld, de essence van de pannenkoeken, van de vette vispasteitjes, van de avondsamowar, van de stille zuchten en de warme katsaweïka’s, van de verwarmde lejanki, in één woord het is alsof je gestorven bent en tegelijkertijd nog leeft; je geniet beide voordelen tegelijk.’
(F.M. Dostojevski, Schuld en Boete, Derde deel, [1])
dd 17/6/2013