WOOLF

Drie woorden volstaan, soms. Bij wijze van spreken.

‘Pointz Hall liet zich in het licht van een vroege zomermorgen kennen als een middelgroot huis.’

‘ …, snoepgoed rolden en … ‘

‘De kleine jongen was achterop geraakt en graaide in het gras.’

‘Wroetend op zijn knieën bezag hij de bloem in haar volheid.’
‘Toen ik opkeek, was de wereld vies, mevrouw Swithin.’

(Uit : Virginia Woolf, ‘Tussen de Bedrijven’ in de vertaling van Erwin Mortier, blz. 26 – 29 – 30 – 30 – 84)