Hij slikt zijn woorden
zegt Ik wil vandaag
en lacht
hij rommelt wat en wast
gaat dan de tuin in
ziet
Hij weet dat straks de buurman
wacht even
en nog
de buurman gooit
roept hoi
en toont de eerste
Ze kijken
zuchten, kreunen,
knikken
zeggen dat het gras nog groener
en dat gisteren
maar dat het weer
De buurman vraagt of
en herhaalt
die jonge notelaar
gelukkig maar, de storm
Oké, maar nu moet ik echt snel
Ik wil, ik zal vandaag