Onze volgende bezoeken aan het domein van het Kasteel van Gaasbeek zullen ons hier altijd doen aan terugdenken.
Gisteren kwam er een man uit de struiken gesukkeld, met zijn jeans (Armani) en onderbroek (Calvin Klein) nog op de knieën. De hele handel bloot, hoestend en kuchend. Met de jeans nog altijd op de knieën maakte hij ineens rechtsomkeer. Na drie struikelende stappen begon hij te kotsen. Met zijn mouw veegde hij mond en baard af, proestte nog na, fatsoeneerde zijn kleren, kwam tot op de wandelweg en waggelde voor ons uit. Misschien was hij tijdens al dat gesukkel zijn bril verloren want plots draaide hij zich om en vroeg hij ons de weg naar de museumtuin. De wegwijzers had hij niet gezien, ofwel kon hij ze niet lezen.
‘Rechtsaf, meneer,’ zei ik.
‘Rechts dus,’ hikte hij. Hij stak de rechterhand zo hoog mogelijk op. Met de linker pulkte hij nog iets uit zijn baard, draaide zich om, bleef ‘Rechts, rechts’ herhalen en koos tien meter verder de juiste richting.