EINDELOOS

‘Wat is dat?’ vroeg ik.
‘Wat is wat?’ vroeg ze.
‘Daar!’
In de linker muur van haar woonkamer was een barst, vanaf de plint onderaan, een paar millimeter breed, en die barst liep tot ongeveer anderhalve meter hoog.
‘Oei,’ zei mijn vriendin.
Ik bestudeerde de barst van dichtbij, ze was zeker vier of vijf centimeter diep.
‘Die is er nog maar pas,’ zei ze.
Ik liep de kamer uit, bekeek de achterkant van de muur, in de hall. Vreemd genoeg begon deze barst op de hoogte waar ze in de woonkamer eindigde. Ze liep voort over het plafond, langs de muur aan de overkant weer naar beneden, tot een halve meter hoogte.
‘Zijn je buren thuis?’ vroeg ik.
‘Heum, dat weet ik niet. Dat kan. Misschien zijn ze met de dochter  ’
Ik was al op weg, opende de voordeur en belde aan bij de buren.
‘Heeft u ook barsten, meneer?’ vroeg ik. Ik gebaarde naar de rechtse muur in de hall. De man wist niet wat er gebeurde.
‘Ja ik zie het al,’ zei ik. De barst herbegon hier op een halve meter hoogte, volgde de hall over diezelfde hoogte en stopte halverwege de linkermuur.
‘Mag ik?’ vroeg ik, maar zonder op zijn antwoord te wachten deed ik de deur naar de woonkamer al open. Daar was ze, richting plafond, voort over het plafond, recht naar de andere kant van de woonkamer. Dan naar beneden maar niet ver; twintig centimeter.
‘Wat is er hiernaast? Uw garage? Hoe geraak ik daar?’ Maar ik was al in de keuken en vond de deur naar de berging, daar de deur naar de garage. Ik vond en volgde het barst-spoor. Twintig centimeter van het plafond, richting de straat, achter een van de stapelrekken en ze kwam net voor de poort weer tevoorschijn. Ze liep tot in de hoek, terug naar boven, over het plafond naar de volgende muur.
‘Doet u uw poort even open?’
In het aanpalende huis volgde ik een gelijkaardig pad. De barst vervolgde haar weg langs de muren van de garage, zo naar de woonkamer, naar de hall, naar de hall van de buren van het volgende huis. De barst begon telkens waar ze in de achterkant van de muren eindigde, liep voort, en voort, tot het laatste huis op de hoek van de straat.

Ik stond buiten en telde.
‘Acht huizen,’ zei ik.
Mijn vriendin en een paar van haar buren waren me gevolgd.
‘En nu?’ vroeg iemand.
‘Klacht indienen,’ zei een andere.
‘De verzekering,’ zei nog iemand anders.

Ik stak de straat over en belde aan bij het eerste huis aan de overkant.
‘Mag ik?’ ik duwde de bewoonster gedecideerd opzij.
Ik slikte.
De barst herbegon in de muur links van haar voordeur, kroop langs de hoeken, stopte halverwege de overkant.
Ik vroeg me af wat dit te betekenen had, schraapte mijn keel en liep de woonkamer in.

Eén gedachte over “EINDELOOS”

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.